donderdag 19 december 2019

maandag 9 december 2019

STUDIEREIS ZONDAG 26 JANUARI 2020 ESSEN: DER MONTIERDE MENSCH & I WAS A ROBOT DUISBURG: KATHARINA GROSSE X GOTTHARD GRAUBNER

STUDIEREIS ZONDAG 26 JANUARI 2020
ESSEN: DER MONTIERDE MENSCH en I WAS A ROBOT
DUISBURG: KATHARINA GROSSE X GOTTHARD GRAUBNER


Essen. Museum Folkwang. “Der montierte Mensch”



 
Fernand Léger: Le mecanicien, 1920,
National Gallery of Canada, Ottawa
(c) VG Bild-Kunst, Bonn 2019
Met de tentoonstelling “Der montierte Mensch” focust het museum Folkwang in op de relatie tussen mens en techniek tijdens de voorbije 120 jaar: op welke wijze hebben kunstenaars en kunstenaressen in hun beeldend werk mens en techniek bij elkaar gebracht? 

De tentoonstelling belicht niet enkel een zeer grote periode uit de kunstgeschiedenis, maar ook een grote diversiteit aan media: zij toont kunst als spiegel van de industrialisering, mechanisering en digitalisering. Belangrijke werken uit de schilderkunst, sculptuur en grafiek, vroege fotografische experimenten, installaties, films, video- en performancekunst, en werk van kunstenaars uit de post-internet-generatie vormen samen een uitgebreid cultuurhistorisch overzicht.

In de tentoonstelling zijn meer dan 100 kunstenaars vertegenwoordigd met meer dan 200 werken. Zij hebben allen, vanaf het begin van de mechanisering tot op heden, in hun kunst plaats geruimd voor en commentaar gegeven op de gevolgen van de industrialisering, mechanisering, cybernetica, robotica, en kunstmatige intelligentie zowel op de mens als op de maatschappij.






 
Franz Wilhelm Seiwert: Die Arbeitsmänner, 1925
Stiftung Museum Kunstpalast, Düsseldorf
Foto: Kunstpalast/ARTOTHEK
Uit de vroege jaren 1920 zijn werken te zien van de futuristen ( zoals Fortunato Depero en Giacomo Bella), en meesterwerken van kubisten en constructivisten als onder anderen Fernand Léger, Marcel Duchamp, El Lissitzky en Otto Dix. De periode na de tweede wereldoorlog is vertegenwoordigd door kunstenaars als onder anderen Robert Rauschenberg, Eva Hesse, Roy Lichtenstein en Konrad Klapheck. Uit de jaren 1950 werd werk gekozen van feministische kunstenaars als Maria Lassnig, Helen Chadwick en Lynn Hershman Leeson. Ook actuele, jonge kunstenaars uit de ‘digitale generatie’ zijn goed vertegenwoordig met namen als Ed Atkins en Avery Singer. Veel internationale instellingen stelden voor deze tentoonstelling werken ter beschikking, gaande van beelddocumenten over industrialisering en staatspropaganda over de klassieke ‘modernen’ tot de avant-garde.


 
Uit de lijst van meer dan 100 deelnemende kunstenaars noemen we er enkele: Willi Baumeister, Thomas Bayrle, Rudolf Belling, Umberto Boccioni, John Cage, Computer Technique Group (CTG), Walter Dexel, Raymond Duchamp-Villon, Charles & Ray Eames, Max Ernst, Öyvind Fahlström, Harun Farocki, Fischer, Herbert W. Franke, George Grosz, Richard Hamilton, Barbara Hammer, Sidsel Meineche Hansen, Raoul Hausmann, John Heartfield, Vilmos Huszár, Boris Ignatowitsch, Wassily Kandinsky, Anne-Mie van Kerckhoven, Konrad Klapheck, Jürgen Klauke, Josh Kline, Alexander Kluge, Fernand Léger, El Lissitzky, René Magritte, Kasimir Malewitsch, Man Ray, Étienne-Jules Marey, Rémy Markowitsch, László Moholy-Nagy, Eadweard Muybridge, Tony Oursler, Trevor Paglen, Nam June Paik, Eduardo Paolozzi, Georgi Petrusow, Antoine Pevsner, Walter Pichler, Jon Rafman, Robert Rauschenberg, Alexander Rodtschenko, Thomas Ruff, Oskar Schlemmer, Nicolas Schöffer, Franz Wilhelm Seiwert, Friedemann von Stockhausen, Jean Tinguely, Patrick Tresset, Anna Uddenberg, Erwin Wendt, George Widener.....

Essen. Museum Folkwang. “I was a robot”. Science Fiction en Popcultuur.

 
Astounding Science Fiction, Band 43/Nr. 1,
März 1949 (c) Alejandro (MdA/AM)
Een ongeremd geloof in vooruitgang en in onbegrensde wetenschap enerzijds, dystopieën en doemscenario’s over het einde van de wereld anderzijds: sedert vele generaties stellen we ons vragen over de toekomst van de mensheid in een wereld waarvan de technologische evolutie alsmaar sneller verloopt. Vanuit deze achtergrond ontwikkelt zich,  sedert de jaren 20 van vorige eeuw, vanuit de literatuur een nieuw genre: Science Fiction. Dit genre wordt, mede door de massamedia, razendsnel populair. De fantastische toekomstvisioenen die erin getekend worden, evenzeer als de mens-machines die deze wereld bevolken, oefenen een enorme aantrekkingskracht uit in boeken, kunst, films, muziekclips, comics en computerspelletjes. 


De tentoonstelling “I was a Robot” focust op het aspect “mensachtige apparaten”. Zij illustreert hoe deze, vanaf hun eerste verschijning tot in de actuele avant-garde, evolueerden tot robots die zich uiteindelijk ontwikkeld hebben tot cyborgs met kunstmatige intelligentie. We krijgen aldus een actuele kijk op het genre, met veel beelden uit het verleden net zo goed als van vandaag. In acht afdelingen onderzoekt de tentoonstelling de beelden en de interpretaties die door de Science-Fiction in robots gelegd zijn. Deze thema’s zijn: Schepping en functie, ironie en poëzie, serialiteit en herhaling, kunstmatige creatie en kunstmatige intelligentie, cyberpunk, het einde van de mensheid.
Covers van en illustraties in tijdschriften, affiches, films, objecten en videospelletjes introduceren ons in beeld-werelden waarin robots en gemengde wezens metaforen worden van onze eigen vervreemding in de snel evoluerende wereld. Zij geven een fascinerend beeld van de invloed van de Science-Fiction op de popcultuur.
Is de robot een vriend of de vijand van de mens? Verbetert hij ons leven of maakt zijn verdere ontwikkeling de mens overbodig? Of is hij misschien zelf slechts een overgangsfiguur wanneer we kijken naar de evolutie van de digitalisering, lichaamsimplantaten en kunstmatige intelligentie? Met deze evolutie geraken de visioenen en scenario’s van de historische Science-Fiction alsmaar meer verstrengeld met de actuele werkelijkheid. Tegelijkertijd veranderen de utopieën en dystopieën in de wetenschap, net zoals die in de Science Fiction, voortdurend. Wat vertelt dat ons?

Essen. Museum Folkwang. Vaste collectie.

Het museum Folkwang bezit een indrukwekkende verzameling kunstwerken uit de 19de en 20ste eeuw. Teveel om alle kunstenaars te noemen. Uit de 19de eeuw herbergt zij de grootste meesters van de Duitse Romantiek, het Franse Classicisme en Realisme, en het impressionisme. De vroege 20ste eeuw is vertegenwoordigd door de fauvisten, de Duitse expressionisten – Blauen Reiter en Die Brücke - ,de avantgarde uit de jaren 20 en het kubisme.
Meesters van Bauhaus en van het surrealisme zijn ruimschoots vertegenwoordigd. Vanaf de jaren 1950 werd resoluut gekozen voor actuele kunst, zoals pop-art en Zero. Ook latere kunstenaars als onder anderen Richter, Roni Horn, Baselitz, Penck, Schütte, Kippenberger, Baumgarten en Atelier van Lieshout behoren tot de collectie.





Duisburg. Museum Kuppersmühle: 
Farbe Absolut. KATHARINA GROSSE x GOTTHARD GRAUBNER



 
Installationsansicht Katharina Grosse (m.) und Gotthard
Graubner(l.u.r.),MKM 2019 (c) Henning Krause
Het MKM confronteert voor het eerst in een gezamenlijke tentoonstelling twee opvallende kunstenaarspersoonlijkheden met elkaar. In de jaren 1980 volgde Katharina Grosse (1961) aan de Academie van Düsseldorf les bij Gotthard Graubner (1930-2013). Later zal ze daar zelf les geven. Centraal in deze tentoonstelling staat de dialoog tussen beide kunstenaars,  een gesprek over en een onderzoek naar de mogelijkheden van ‘Kleur’ in de schilderkunst. Uitgangspunt is beider overtuiging van de tijdloze en existentiële kracht van ‘Kleur’, die zich onmiddellijk van de toeschouwer meester maakt en een psychische ervaring uitlokt. Het is boeiend vast te stellen hoe beide kunstenaars volledig verschillende artistieke concepten ontwikkelen, ingepast in en vorm gevend aan het artistieke klimaat van hun tijd.



 
Installationsansicht Katharina Grosse (l) und
Gothard Graubner (r), MKM 2019
Foto Henning Krause
Gotthard Graubner
is één van de belangrijkste na-oorlogse schilders. Vanaf de jaren 1960 verkende hij met zijn object-achtige, als kussens gebolsterde ‘Farbraumkörpern’ een nieuwe ruimtelijke dimensie van het beeld. Centraal in zijn werk staat de ‘werking’ van kleur, die in verschillende lagen wordt aangebracht, doordringt in de objecten en er tenslotte één mee wordt.


Het werk van Katarina Grosse is energetisch, onrustig en confronterend. Grote vlakken gespoten verf mengen zich in complexe verflagen met verticale druipsporen en lege vlakken. Krachtige, industriële kleuren treffen de toeschouwer met onmiddellijke kracht. Eind jaren 1990 begon Grosse een industriële spuitmachine te gebruiken, waardoor haar ‘geste’ uitvergroot werd, en zij de basis legde van haar overtuiging dat er geen hiërarchie bestaat tussen schilderen, beeld en ruimte














Het museum Küppersmühle

Werken van Anselm Kiefer tot Gerhard Richter, veelzijdige tentoonstellingen en een markante architectuur, tussen industrieel erfgoed en White Cube in, dat is het MKM, Museum Küppersmühle für Moderne Kunst. Dit museum, gelegen aan de binnenhaven van Duisburg is één van de grootste privé-musea (Collectie Ströher) van Duitsland. De Zwitserse toparchitecten de Meuron hebben het oude stapelhuis met zijn geklasseerde bakstenen gevel omgebouwd tot een moderne cultuurtempel waar architectuurfans van overal naar komen kijken. In 2019 werd deze nieuwe uitbreiding geopend.






NIEUWE INSCHRIJVINGSPROCEDURE: ENKEL PER SMS! GEEN VOICEMAIL!!!


PRAKTISCH 

Datum: ZONDAG  26 januari 2020.
Vertrek: 08h00 hoek Pulhoflaan – Grote Steenweg Berchem (halte tram 7 en 15)
Terug: omstreeks 18h00

Inschrijven: dinsdag 14 januari 2020 vanaf 08h00. Enkel met een sms via de Konsepttelefoon:
0473 93 86 71.

Stuur een sms met je naam en telefoonnummer. Vermeld de namen van iedereen voor wie je inschrijft. Konsept zal je daarna zo snel mogelijk contacteren.
Pas nadat Konsept je contacteerde kan je het verschuldigde bedrag storten op de Konseptrekening IBAN  BE56 3200 6929 8688  -  BIC  BBRUBEBB  en is je inschrijving definitief.
Leden Konsept:  31 €; niet-leden: 41 €  (Leden hebben voorrang)

Graag duidelijk vermelden voor wie je inschrijft



woensdag 4 december 2019

NIEUWE AANGEKOCHTE BOEKEN DOOR KONSEPT VOOR BOBLIOTHEEK ABK MORTSEL


Catalogus tentoonstelling Stephan Vanfleteren in Fomu Anntwerpen








maandag 25 november 2019

REISVERSLAG DIRK VERHAEGEN MEERDAAGSE STUDIEREIS KONSEPT DIJON,LYON, NANCY & METZ (3-6 OKTOBER 2019)


KONSEPTREIS OKTOBER 2019

In september 2000 gingen we met Konsept naar Lyon en naar Couvent de La Tourette. We bezochten op die reis ook Reims, Vézelay, Dijon en Fontenay. Niet alleen de steden en de landschappen veranderen, ook wijzelf zijn veranderd: we leerden anders kijken en maken nieuwe associaties. We zullen dit keer nieuwe zaken zien die ons vertrouwd voorkomen en het reeds bekende zullen we met verwondering opnieuw ontdekken.

1e dag: DIJON

Het Musée des Beaux-Arts de Dijon is geïntegreerd in een immens paleizencomplex. We moeten kiezen. En altijd is daar die frustrerende aarzeling tussen grondigheid en toch niets willen missen. Tot de toppers van het museum behoren in elk geval de praalgraven van Filips de Stoute, Jan Zonder Vrees en Margareta van Beieren. Officiële schoonheid heet dat. Dat hebben jullie toch gezien?! We buigen. Twee van de ietwat verborgen pleuranten zouden van de hand van Claus Sluter zijn, een kunstenaar die voor de beeldhouwkunst even belangrijk was als Jan Van Eyck voor de schilderkunst. De andere figuren werden door zijn neef afgewerkt. Huizinga noemde de groep 'een dodenmars in steen'. Diepe menselijkheid, verborgen onder pracht en praal. Tot de grafkunst behoren in dit museum ook een aantal portretten uit de Romeins-Egyptische tijd. Zij werden met pigment en bijenwas op houten panelen geschilderd (dit heet dan ’encaustiek'). We zoeken de Italiaanse primitieven waaronder Ambrogio Lorenzetti. Het is wat weg en weer. Van Robert Campin, leermeester van Rogier van der Weyden, een Geboorte met aanbidding van de herders. Opvallend is het landschap in vogelperspectief. De slingerende weg lijkt te rijmen met de jubelende tekstwimpels. Bij het gebeeldhouwde Retabel van Champmol kreeg Melchior Broederlam de opdracht voor de geschilderde zijpanelen. Zij behoren tot de internationale gotiek. De gouden achtergrond blijft aanwezig en krijgt gezelschap van menselijke personages en hoofse charme. Hier bekoren de intrigerende, met betekenis geladen geometrische bouwsels. Kenners zien daarbij invloeden van Giotto, Duccio en de reeds genoemde Lorenzetti. De gang waarin het retabel zich bevindt is met het houten tongewelf een kunstwerk op zich. Hinkstapsprongen door de eeuwen. Meerdere werken van Veronese waaronder Mozes gered uit het water. Het bijbelse tafereel is nauwelijks meer dan een voorwendsel om een prachtig landschap te schilderen met daarin figuren in schitterende kleuren en texturen. Een Slapend naakt van Dirk de Quade van Ravensteyn past in een lange rij gelijkaardige werken: Giorgione, Titiaan en vele anderen. Het is expliciet erotisch. De meester in kwestie is van Hollandse origine en werkte succesvol aan het Praagse hof. De libertijnse kunstenaar-archeoloog-diplomaat Vivant Denon bracht het naar Frankrijk.

Impressionisten, voorlopers en uitlopers. Jongkind, Manet, Degas, Monet, Sisley, Cross. Verrassingen: de beroemde actrice Sarah Bernardt die niet alleen geportretteerd werd maar die zelf ook een verdienstelijke beeldhouwster was. Zola was een fan. Een mooi ensemble van kubisten en andere avant-gardisten in confrontatie met tribale kunst: Picasso, Gris, Charchoune, Pougny, Marcoussis, Gleizes. Urbi et Orbi is een zeer groot schilderij van de Portugese Vieira Da Silva. Witten, grijzen en okerkleurige accenten suggereren een stad. Het lijkt een luchtspiegeling. Een kleurloos reliëf in gips met karakteristieke cirkelvormen van Robert Delaunay. Zware, felkleurige verfmassa’s kenmerken dan weer de geabstraheerde Voetballers van Nicolas De Staël. Het is een grabbel in de overvloed.

We verkennen de buurt rond het Musée des Beaux Arts. We komen bij de Eglise Notre-Dame de Bon-Espoir. De westelijke gevel, met boven de portalen gestapelde galerijen, zou uniek zijn in Frankrijk. Van nabij bekeken wekt een portaal pas echt verwondering: in plaats van beelden zien we afgeknabbeld steen. Een toevallige passant toont zijn deskundigheid met een uitvoerig verhaal over fanatieke vernielingen tijdens de Franse revolutie. De ideologische motieven waren niet vrij van ingecalculeerd winstbejag. Binnen maakt de gotische kerk een homogene indruk. De meeste glasramen zijn negentiende-eeuws maar aan de noordkant van de korte dwarsbeuk zijn middeleeuwse glasramen bewaard gebleven. Daar is ook een fresco uit de late vijftiende eeuw met een Calvarie. Onder het orgel een opvallend tapijt. Het is een werk van de benedictijnse monnik Dom Robert. Het verheerlijkt de bevrijding van Dijon, zowel in 1513 als in 1944. Uiteraard waren het telkens miraculeuze bevrijdingen. Op het tapijt zien we de maagd Maria met aan haar voeten een stadje en haar inwoners. Buiten de stadsmuren links en rechts een boom met daarin afschrikwekkende vogels en viervoeters. Het is een beetje naïef, het is zeker schatplichtig aan de esthetiek van middeleeuwse miniaturen. Het was de beroemde tapijtkunstenaar Jean Lurçat die deze monnik tot de tapijtkunst bracht.

De culturele ijver kan meerdere kanten op. Sommigen bezoeken het Musée Rude maar zelf kiezen we een terras en delen met drie een fles Crément de Bourgogne. Echt warm is het voorlopig nog niet.

We overnachten in Châlons-sur-Saône.. Ik maak foto’s van de fabriek Verallia vlak bij het hotel. Niets mooier dan de geordende chaos van een oude fabriek. Zicht op de rivier en haar oude bruggen blijft voorlopig een herinnering aan een vorige Konseptreis.
 
2e dag: LA TOURETTE EN LYON

In de voormiddag bezoeken we het Couvent Sainte-Marie de La Tourette. Het klooster -UNESCO werelderfgoed samen met ander werk van Le Corbusier- ligt op een helling in een wijds heuvelend landschap. Het is even klimmen, we voelen ons op artistieke bedevaart. Verre dorpen, grijzige wolken vanaf de weg. De eerste indruk is niet echt verwelkomend: ruw beton, gesloten, streng. Veroudering ook. Sculpturale kwaliteiten trekken de aandacht. Die zijn minder gratuit dan dat ze op het eerste zicht lijken. De geplande gidsbeurt brengt opheldering. Betonnen skeletbouw geeft vrij spel aan de gevels. De architect-componist Yannis Xenakis heeft hier een belangrijk aandeel gehad. Vensterpartijen herinneren met de nodige vrijheid aan de horizontaal-vertikale composities van Piet Mondriaan. In de gangen creëren de op onregelmatige afstanden direct in het beton geplaatste stukken golvend glas een grilliger ritme. Le Corbusier verwelkomde de moderne muziek omdat ze in overeenstemming was met de chaotische indrukken van het moderne leven. Zeer mooi zijn de ovalen lichtkokers en rechthoekige 'brievenbussen’ die de schemerige gebedsruimte kleur geven. Het klooster waagt zich ook aan tijdelijke tentoonstellingen. We krijgen meerdere werken van Anselm Kiefer te zien. Hij was trouwens een zeer vroege gast en bewonderaar van dit klooster. Het werk van Kiefer is ernstig en zwaar. De sombere materialen willen krachtige, kleurloze getuigen zijn. In de kleine bookshop koop ik een affiche van François Morellet die hier eerder zijn frivole minimalisme in dialoog bracht met de architectuur. Sommige tentoongestelde sculpturen waren Positions uit de Kamasutra. Ik vraag mij af of de paters wel op de hoogte waren. We verkennen de helling rond het klooster op zoek naar nieuwe perspectieven. In een klein, intiem parkje een sobere zuil met rode inscriptie: ’La nature se dérobe à nos regards sous des voiles si obscurs qu’il faut user d’adresse pour pénétrer ses mystères. Marc Antoine de La Tourrette. Botaniste Lyonais. 1729-1793. Hij correspondeerde met Linneus en met Jean-Jacques Rousseau, publiceerde monumentale werken en bedacht plantentuinen. Zijn woorden die op de zuil staan gelden in feite ook voor de architectuur en voor de kunst in het algemeen. Die is nooit een direct gegeven, er is ook daar behendigheid nodig om er in door te dringen.

Lyon. De bus zet ons af bij de immense Place Bellecour. Te voet gaan we over de Pont Bonaparte. Wauw, wat een mooie stad! Stijlvolle huizen langs de oevers van de Saône en hogerop langs de hellingen. Voor ons, boven de huizen en de parken, de negentiende-eeuwse Eglise Notre-Dame en een plaatselijke Eiffeltoren die voor seculier tegengewicht zorgt. Place Saint-Jean. Sommige huizen doen aan Parijs denken: vijf verdiepingen hoog met groenige balustrades en mansardedaken. Rechts van de gotische Eglise Saint-Jean een restant uit de Karolingische tijd. Tweelingbogen en tweelingzuilen. Rode ritmische accenten. Op het plein een negentiende-eeuwse fontein met Johannes de Doper in actie. We verkennen de traboules, het geheimzinnige netwerk van nauwe doorgangen. In totaal zouden er zowat vijfhonderd zijn in Lyon; slechts een beperkt aantal is toegankelijk. Hun oorsprong zou teruggaan tot de vierde eeuw. Het huidige uitzicht dateert uit de Renaissance, toen ze verbindingswegen waren voor de zijdewerkers. De zijde-industrie werd in Lyon geïntroduceerd onder impuls van Frans I naar Italiaans voorbeeld. Italiaanse invloed is vooral zichtbaar in de torentjes en de open trappen. Zijderoutes op schaal. In de tweede wereldoorlog speelden de traboules een rol in het verzet. Een etymologisch ommetje: traboule zou van transambulare komen, verbasterd werd het trabouler en we herkennen meteen het ons vertrouwde traverser. Ik breng een groet aan Guillaume Leroy die de drukkunst in de late 15e eeuw van uit Luik naar Lyon bracht. Echte cultuur kent geen grenzen. Tijd voor een snakje op een terras met voldoende intimiteit. Via het mooie oude station aan de Place St-Paul komen we bij de Pont La Feuillée waar de Saône een bocht maakt. Huizen tegen de heuvels, schakeringen van oker en roze. Duiven en zwanen. Wandelen en verpozen. We komen bij de Place des Terreaux. Midden op het plein bevindt zich een bombastische, allegorische fontein. Ze stelt de Garonne en haar bijrivieren voor in de vorm van een wagen met vier paarden. Dat het de Garonne is, zal vreemd lijken. De verklaring is dat het beeld oorspronkelijk voor Bordeaux bedoeld was. Het herhaalt zich: niet alleen kunstliefhebbers reizen, ook de kunst zelf is onderweg. Een blik naar boven. Op de schoorstenen boven op de daken van de statige huizen krioelt het van de wilde graffiti.

We bezoeken het Musée des Beaux-Arts. De binnentuin, een oase die ons verwelkomt, goed voor een zoveelste culturele aanloop. Werken uit de twintigste en eenentwintigste eeuw worden momenteel samengebracht onder de noemer Penser en formes et couleurs. We betreden een environment van Lucio Fontana met blacklight en fluorescerende verf. Een schilderij met kleurige cirkelvormen van Robert Delaunay gaat terug tot inzichten van Chevreul en de wetten van het simultaancontrast. Niet alles is van niveau en het thema blijft wat vaag. Morellet is vertegenwoordigd met een gefragmenteerd schilderij uit de jaren vijftig en een rode interfererende neonwand uit de jaren zestig. Een prachtige Jawlensky is sluitstuk en hoogtepunt. We zoeken andere afdelingen. Venetiaanse meesters tonen bijbelse en mythologische taferelen met erotische verbeelding en zinnelijkheid. Veroneses Betseba in bad speelt met nabijheid en verwijdering. Koning David is hier tegelijk een identificeerbare Venetiaanse Doge. Tintoretto’s Danae is een wervelende zee van rode draperingen en blank vrouwelijk naakt. In het venster rechts in de bovenhoek kan een onheilspellende lucht het noodlot verbeelden. In onze verbeelding met voorkennis zou het ook een Turner of een James Ensor kunnen zijn. En de luit op de vensterbank verlangt naar deelname. Een vrouwenportret van Cranach bekoort met wemelend ritmische motieven in kledij en haartooi. Een grote sprong vooruit. Impressionisten. De Theems van Monet lost op in atmosferische schittering. Zijn Woelige zee bij Etretat heeft een Van Gogh-achtige heftigheid. Courbet toont de branding frontaal. De schuimende koppen lijken een zeemonster te suggereren. Een Rode Sloep van Redon behoort helemaal tot de droomwereld: het is een sloep die vaart van romantiek via symbolisme naar surrealisme. Het museum is immens. Alles zien is onmogelijk, dat hebben we geleerd. We troosten ons met de wijsheid dat alle waarneming selectief is en intentioneel.

De bus pikt ons op aan de Rhône-oever en brengt ons naar het hotel dat zelf museale allures blijkt te hebben: pastelkleurige plafondschilderingen, zwierige lambriseringen, spiegels en deuren met kleurige glasramen. We krijgen een kamer met dakkapel. Prachtig uitzicht over de stad en de heuvelende omgeving.


3e dag: LYON

Het weer is ons goedgezind. We stappen langs de Saône kade richting Musée des Confluances. Rivierschepen zijn tot woonboten omgebouwd. Hun namen zijn gedichten: Serependipity, L’Oiseau Bleu, Fort Rêveur, Kaoah. Aan de overzijde hellingen met huizen tussen herfstig groen. Hogerop nieuwere appartementsgebouwen. Bij de jachthaven prachtige nieuwe architectuur. Architect Jean Nouvel noemt het een ‘bouillon de culture’. Ycone is zijn eigen schitterende bijdrage: fris, elegant, glimlachend naar de toekomst en betoverend menselijk. Le cube orange van Jacob en Mac Farlane schreeuwt om aandacht. De sferische gaten geven licht in het interieur; bij de ingang aan de rivieroever worden zij uitvergroot tot een enorm gat met visuele zuigkracht. In de omgeving krijgt het gebouw een knalgroene tegenhanger. Dwars op de kade een prachtige rolbrug als getuige van voorbije industrieën. De wandeling gaat verder langs chaotische restanten van fabrieken en spoorwegen. We komen bij het Musée des Confluences. Het deconstructivistische gebouw is ontworpen door het agentschap Coop Himmelb(l)au. We bewegen ons van kristal naar wolken op zoek naar archeologie, paleontologie, etnografie en industrie. Enkele schitterende Inuït sculpturen genieten mijn speciale belangstelling. Tot mijn verbazing zijn ze hedendaags. Elders trekt een eigenaardige machine ook mijn aandacht. Torens en buizenstelsels suggereren een science fiction-achtige stad en tegelijk moet ik ook een beetje aan een oude radio denken. Het blijkt de eerste deeltjesversneller te zijn, een verre voorloper van het gigantische Cern te Genève. Prachtig uitzicht op de samenvloeiïng van Rhône en Saône. Nieuwe sierlijke bruggen. Op de terugweg oude woonkazernes en zicht op de Halle Tony Garnier. Terug in het oude stadsdeel. Tijd voor een appeltaart met een kannetje thee in goed gezelschap en in het juiste decor. We vervolgen de intense zoektocht naar andere traboules. We staan al te dikwijls voor gesloten deuren met geheime codes. Een vluchtig bezoek aan de door Jean Nouvel ingepakte opera: voor verdere verkenning is gids met reservatie nodig. Buiten, bij de spiegelende ramen, oefenen choreografen-in-spe. De straat van vandaag is wel eens de elite van morgen.

De bus brengt ons naar Fagorbrandt. Ooit was het een fabriek voor wasmachines. Voor de eerste keer worden de gigantische hallen het onderkomen voor de 15e biënnale. Veel werken lijken nauwelijks opgewassen tegen de overweldigende brutale schoonheid van de locatie. Zelfs de graffiti wint het van vele tentoongestelde werken. Steve Powers (eerder  actief als Espo) werd niet ten onrechte uitgenodigd om buiten op de metalen wand zijn liefde voor Lyon te spuiten: Warm in your memory. We zoeken houvast in de al te grote ruimtes. Si tu me vois, je ne te vois pas van de Zuid-Koreaanse Minouk Lim toont een fosforescerend kanaal dat over een te betreden plateau kronkelt. De waterloop zinspeelt op de rol van rivieren terwijl een hondenkop verwijst naar een Koreaanse astrologische legende. Het verhaal blijft erg vaag, de installatie zelf zweemt naar kitsch. Elastic Bonding van Malin Bülow combineert performance en sculptuur. Ik vind het niet echt opwindend. Knotworm van Sam Keogh is een artistieke interventie in een gigantische boorkop voor tunnels. Vooral de interventie is overbodig. De uitleg blijft vaag en een beetje passe-partout. Daarentegen toont de Belgische Eva L’Hoest een zeer intrigerende video-triptiek. Hier wordt de toeschouwer nieuwsgierig. De kunstenares gebruikt 3d scans en MRI-beelden die ze geprogrammeerd verstoort. Geluiden van werkende computers begeleiden het werk. Het goede blijft bij, leeft voort. Ik heb een uitgesproken voorkeur voor het werk van de Chinees Mengzhi Zheng. Là où les vents se caressent is een te betreden constructie met ringen, staven en kleurige, gebogen platen. Het werk balanceert op de grens tussen fragiliteit en structurele sterkte. Op het internet vind ik tientallen afbeeldingen die mijn appreciatie voor deze kunstenaar nog versterken. Het is poëzie met levenskracht. De bus brengt ons opnieuw naar Chalon-sur-Saône.

4e dag: NANCY EN METZ

Nancy. Op een gevel staat Stanislas Leszczynski vergezeld van een citaat dat kan tellen: 'La vérité est comme le soleil, qu’une éclipse peut obscurcir mais qu’elle ne serait éteindre’. Stanislas was koning van Polen en hertog van Lotharingen. Onder zijn impuls kwam de schitterende classicistische architectuur van Emanuel Héré tot stand. We wandelen richting place Stanislas en het Musée des Beaux-Arts. De fraaie zwarte tralies met weelderige gouden rococo-ornamenten zijn van de kunstsmid en slotenmaker Lamour. François Morellet bedacht een interventie in gele neon als hulde aan deze kunstsmid: Hommage à Lamour. Binnen in het museum zijn van dezelfde kunstenaar gele minimalistische L-vormen opgesteld: Positions. Ook zij zijn een hulde aan de liefde -l’amour- want gebaseerd op houdingen uit de Kamasutra. Vandaag in de inkomhal, morgen in het grasveld. In Cross crash speelt dezelfde kunstenaar met de kruisvorm: een of andere catastrofe op Golgotha. Jean Prouvé krijgt een ereplaats in het museum. Deze architect en designer had zijn atelier in Nancy. Van opleiding was hij ijzerbewerker. Zijn werk hanteert op ingenieuze, innovatieve wijze metalen profielen en wanden. Ik koop een monografie in de bookshop. Terug naar de schilderkunst. We zien werk van Juan Gris, Gleizes, Lipchitz en Laurens. Van Sérusier twee Bretoense landschappen in vlammende kleuren, de lessen van Gauguin indachtig. De Japanse prenten, waar het museum fier mee uitpakt, zijn voor de gelegenheid jammer genoeg niet te bezichtigen. Ze worden om begrijpelijke redenen maar af en toe aan het licht blootgesteld. Dat krijgen we pas te horen nadat men ons twee keer het ingewikkelde museum rond stuurt. Goed, dan weer Morellet die met een reeks voorbereidende tekeningen en plaksels inzage geeft in zijn capricieuze werkproces. Morellet is een extreme minimalist, maar aan de creativiteit van de toeschouwer geeft hij maximaal de vrijheid. We eten buiten op een terras terwijl het stilaan regent: een simpel broodje in de grootse koningstijd. De regen geeft voor de gelegenheid extra glans in dit wonderlijke stadsdeel.

De autobus brengt ons naar Metz. In Centre Pompidou-Metz zien we een schitterende tentoonstelling van Rebecca Horn: Théatre des métamorphoses. Haar werk verkent het eigen lichaam en voegt er attributen aan toe. Het worden kinetische objecten, performances, films en videos. Ook geluiden en klanken spelen een belangrijke rol in haar werk, wat we ons ook van vorige Konseptreizen herinneren. Op subtiele wijze combineert zij het agressieve en het fijnzinnige. Hiermee is zij verwant aan dadaïsme en surrealisme. Deze verwantschappen worden zowel esthetisch als didactisch getoond. Verhelderend genot. Een onvergetelijke tentoonstelling.   

Het werk van Rebecca Horn spreekt alle zintuigen aan. In die zin is de tentoonstelling Opéra Monde. La quête d’un art total een logisch vervolg. We zien kostuums en decorontwerpen van bekende kunstenaars maar de tentoonstelling is ambitieuzer. De Wagneriaanse droom van Gesamtkunstwerk en het nostalgische verlangen naar de eenheid der kunsten is in elk geval een vruchtbaar creatief domein. Ook dat zijn rivieren die elkaar ontmoeten en waar de winden minnekozen. 

We eindigen in Luxemburg met een avondmaal en wervelende discussies over smaken en kleuren. Vivant Denon wist het: L’Etat c’est vous, le goût c’est moi. En we suggereren vol enthousiasme nieuwe artistieke bestemmingen. En in zijn artistieke hiernamaals knipoogt Morellet inmiddels met vriendelijke spot naar De bronnen van Neptunus.

Dirk Verhaegen
Mortsel
herfst 2019  


(c) Jacqueline Van der Mueren

   


  



   
         



maandag 18 november 2019

ARTIST TALK MET FILIP VERVAET (LEERKRACHT BEELDHOUWKUNST ABK MORTSEL) IN DE MARKGRAAF, HOVE



De relatie tussen mens, kunstmatigheid en natuur spelen een belangrijke rol in de tekeningen, sculpturen en installaties van Filip Vervaet. Verwijzingen uit de kunstgeschiedenis en de vermenging van futuristische met pre-modernistische beeldtaal zorgen voor een vervreemdende kijkervaring waarin onheil altijd nadert en science-fiction werkelijkheid wordt. Filip Vervaet zoekt vaak de grenzen van de beeldhouwkunst op en gebruikt hierbij een arsenaal aan materialen en technieken.



Een tip van Chantal De Schryver

maandag 21 oktober 2019

STUDIEREIS ZONDAG 24 NOVEMBER 2019 AMSTERDAM - WASSENAAR

STUDIEREIS ZONDAG 24 NOVEMBER 2019
AMSTERDAM - WASSENAAR


Rijksmuseum Amsterdam: Rembrandt-Velázquez. Nederlandse & Spaanse meesters
Museum Voorlinden Wassenaar: Louise Bourgeois (overzichtstentoonstelling) en Anselm Kiefer

RIJKSMUSEUM AMSTERDAM: REMBRANDT – VELASQUEZ. NEDERLANDSE & SPAANSE MEESTERS



Rembrandt en Velázquez zijn de twee grootste 17e eeuwse meesters van hun land. De één uit het protestantse Nederland en de ander afkomstig uit het katholieke Spanje. Het Rijksmuseum en het Museo Nacional del Prado brengen ze voor het eerst samen.



Velasquez: Zelfportret
 In de 17de  eeuw is er veel spanning tussen Nederland en Spanje door de 80-jarige oorlog. Toch bloeit de kunst in beide landen, met als climax de opkomst van de twee van de grootste schilders aller tijden: Rembrandt en Velázquez. Terwijl ze nochtans in dezelfde tijd leefden hebben ze nooit een werk van elkaar gezien.  Rembrandt heeft vermoedelijk zelfs nooit van Velázquez’ bestaan geweten.Toch bestaan er grote gelijkenissen tussen beiden. Ze gebruikten allebei hetzelfde subtiele contrast tussen licht en donker en bijna identieke kleuren. Maar bovenal blinken beiden uit in een voorbeeldige beheersing van de techniek, in combinatie met het vermogen om die controle vervolgens weer los te laten.



Rembrandt: Zelfportret
Bij zowel Rembrandt als Velázquez is het alsof de geportretteerden elk moment in beweging kunnen komen. Ze balanceren perfect op de grens van verstilling en het verlangen uit hun kader te breken.

Zowel Velázquez als Rembrandt waren bovendien grote vernieuwers die niet langer voortbouwden op de dominante, traditionele, op de oudheid georiënteerde kunst uit Italië, die op dat moment in Europa nog steeds als de norm werd beschouwd.





In deze tentoonstelling worden beide meesters bij elkaar gebracht, samen met andere grote meesters zoals Murillo, Vermeer, Zurbarán, Hals en Ribera. Van een aantal werken is het extra bijzonder dat ze in het Rijkmuseum hangen tijdens deze tentoonstelling. Zoals bijvoorbeeld Finis Gloriae Mundi van Juan de Valdés Leal (Hospital de la Caridad, Sevilla) en Het Oordeel van Graaf Willem de Goede van Nicolaes van Galen (stadhuis in Hasselt). Deze werken werden zelden of nooit uitgeleend voor een tentoonstelling. 
De werken van Nederlandse en Spaanse meesters – ruim zestig in totaal -  worden in paren getoond binnen thema’s als onder meer geloof, rijkdom, macht en liefde. 


De meeste bruiklenen, 14 in totaal, komen uit het Museo Nacional del Prado in Madrid. Er hangen 17 werken uit de Rijksmuseum-collectie op de tentoonstelling.

Uiteraard kan je tijdens hetzelfde bezoek ook de vaste collectie van het Rijksmuseum bewonderen.




WASSENAAR, MUSEUM VOORLINDEN: LOUISE BOURGEOIS EN ANSELM KIEFER

Louise Bourgeois – To Unravel a Torment





 “Hoewel het werk persoonlijk is, heeft het de bijzondere eigenschap alle toeschouwers te raken en het vermogen om verborgen herinneringen en gedachten bloot te leggen.” zegt directeur Suzanne Swarts.

Voorlinden presenteert Louise Bourgeois: To Unravel a Torment, een zes decennia overspannende overzichtstentoonstelling met veertig sleutelwerken uit de Glenstonecollectie, The Easton Foundation en museum Voorlinden. Het is bijna dertig jaar geleden dat de kunst van Louise Bourgeois op zo’n grote schaal in Nederland te zien was.




Louise Bourgeois (1911-2010) was een radicaal figuur die haar eigen weg bewandelde met scherpzinnigheid, intelligentie en lef – zo nu en dan zelfs tegen de gangbare smaak en ideeën in. Tegenwoordig wordt ze gezien als een icoon van de late twintigste-eeuwse kunst, die persoonlijke   verhalen en psychologische inzichten combineerde met buitengewone artistieke vernieuwingen.
Maman (1999) – de grootste spin die Bourgeois ooit heeft gemaakt – kruipt het terrein van Voorlinden op. De spin fungeert als toegangspoort naar de tentoonstelling. Binnen is een selectie van vroege houten Personage-sculpturen te zien, maar ook werken in brons, marmer, gips, rubber en textiel, en reeksen tekeningen en prenten. Ook worden verschillende Cells in het menselijk lichaam getoond, waarin Bourgeois haar psychische gesteldheid en emoties als woede, angst en eenzaamheid tot uitdrukking brengt. Daarnaast is het zelden getoonde werk The Destruction of the Father (1974) te zien, dat door Bourgeois als een van haar belangrijkste werken wordt beschouwd. Het is een theatraal verlicht diorama gecreëerd als reactie op dominante vaderfiguren en de denkbeeldige wraak die zij bij de kunstenaar oproepen.

De tentoonstelling wordt georganiseerd in samenwerking met het Glenstone Museum, Potomac, Maryland en The Easton Foundation, New York.


ANSELM KIEFER

“Art is longing. You never arrive, but you keep going in the hope that you will.” – Anselm Kiefer

Voorlinden presenteert Anselm Kiefer (1945), een van de belangrijkste kunstenaars van onze tijd. Zijn werken zijn te zien in de tuinzaal van het museum. Met zijn eigenzinnige beeldtaal en gelaagde verwijzingen naar geschiedenis, mythologie en literatuur heeft Kiefer in vier decennia een oeuvre van grootse proporties opgebouwd. Voorlinden toont vijf iconische werken uit eigen collectie, met Kiefers typerende visuele complexiteit en rijkdom aan materialen als uitgangspunt. 





Anselms leven begon op het moment dat de oorlog ten einde kwam. Dit historische kantelpunt vormt de rode draad in zijn leven. Hij was eind jaren zestig een van de eerste Duitse kunstenaars die de recente geschiedenis onder de loep nam. Toch overstijgt zijn werk dit thema: hij is vooral gefascineerd door tijd en de continuïteit van de geschiedenis. Met olieverf, aarde, lood, fotografie, houtsneden, zand, hooi en andere natuurlijke materialen vervlecht Kiefer complexe historische gebeurtenissen, Germaanse mythologie, alchemie en poëzie tot werken die ons collectieve geheugen aanspreken.


PRAKTISCH 

Datum: ZONDAG  24 november 2019.
Vertrek: 07h30 hoek Pulhoflaan – Grote Steenweg Berchem (halte tram 7 en 15)

Terug: omstreeks 19h00



Inschrijven:


dinsdag 19 november 2019 vanaf 08h00. Enkel via de Konsepttelefoon: 0473 93 86 71.

Graag een sms (GEEN VOICEMAIL) met je naam en telefoonnummer. Je kan ook een boodschap inspreken met vermelding van je naam en telefoonnummer. Konsept zal je dan zo snel mogelijk contacteren.

Pas nadat Konsept je contacteerde, kan je het verschuldigde bedrag storten op de Konseptrekening IBAN  BE56 3200 6929 8688  -  BIC  BBRUBEBB  en is je inschrijving definitief.
Leden Konsept:  55 €; niet-leden: 65 €  (Leden hebben voorrang)

Graag duidelijk vermelden voor wie je inschrijft




zaterdag 19 oktober 2019

NIEUWE AANGEKOCHTE BOEKEN DOOR KONSEPT VOOR BOBLIOTHEEK






















OFF BALLANCE: GROEPSTENTOONSTELLING MET O.A. FILIP VERVAET IN PLUS-ONE GALLERY



OFF BALANCE

OPENING THIS SATURDAY 19.10
2-6 pm

Groupshow with:

Baldvin Einarsson
Dennis Tyfus & Antoine Vandewoude
FILIP VERVAET
Kasper De Vos
Nel Aerts
William Ludwig Lutgens
-
Welcome until 24.11.19
Tuesday till Sunday 14:00-18:00

PLUS-ONE GALLERY
PLUS-ONE Gallery ZUID
Léon Stynenstraat 21
2000 Antwerpen
                          




zaterdag 12 oktober 2019

PIG FOR LIFE: EEN KUNSTIGE ACTIE TEN VOORDELE VAN CASA DI MAURO


PIG FOR ​LIFE

Een kunstige actie ten voordele van Casa Di Mauro ​tijdens de Warmste Week 2019
Picture
Varken 27: BELGIAN GREEN PIG. Belgisch Bio Varken, een heel gevoelig inheems ras. Gomstempel en monotype op Japans papier. ​Gemaakt door Jacqueline Van Der Mueren. 



Hoe werkt de veiling?

​Vanaf nu kan je bieden op je favoriete varken.
Op dinsdag 17 december 2019 om 19.30 uur vindt de definitieve veiling en toewijzing plaats in Brouwerij De Konink te Antwerpen.



Lees meer

woensdag 25 september 2019

'MAY YOU LIVE IN INTERESTING TIMES': LEZING OVER DE 58STE BIENNALE VAN VENETIE DOOR HANS MARTENS IN ABK MORTSEL






De Academie voor Beeldende Kunst Mortsel
nodigt alle geïnteresseerden uit voor een:

Lezing over de 58ste Biënnale van Venetië:
“May You Live in Interesting Times”

door Hans Martens

op woensdag 9 oktober om 19:00 uur

in de Bovenzaal van de ABK, Lieven Gevaertstraat 52, Mortsel

inkom: gratis



Om de twee jaar vindt in Venetië de Biënnale plaats, een groots overzicht van hedendaagse kunst van over de hele wereld. De curator van de hoofdtentoonstelling, “May You Live in Interesting Times”, is dit maal Ralph Rugoff, directeur van de Hayward Gallery in Londen. Naast deze hoofdtentoonstelling en de landenpaviljoenen in de Giardini en het Arsenale, worden er in Venetië nog belangrijke “nevententoonstellingen” georganiseerd, waaronder een expo met het werk van Luc Tuymans. Een hele brok om te bevatten, en daarom vroeg de ABK aan Hans Martens om een lezing te geven over de Biënnale.

Hans Martens is directeur van de Academie voor Schone Kunsten in Mechelen. Hij bezocht de 58ste editie van de Biënnale verscheidene malen. Hij zal ons wegwijs maken in het overweldigende overzicht van hedendaagse kunst, dat nog tot 24 november in de dogenstad te zien is.
Zijn presentatie is niet alleen interessant voor diegenen die van plan zijn om af te reizen naar Venetië, maar voor al wie erop uit is om te ontdekken welke tendenzen zich wereldwijd in de actuele kunst voordoen.

maandag 26 augustus 2019

ON MY WAY: TENTOONSTELLING MET O.A. FILIP VERVAET IN PLUS-ONE-GALLERY




ON MY WAY
Maen Florin - Filip Vervaet - Jenny Brosinski
07.09.19 - 13.10.19

PLUS-ONE GALLERY






Opening Reception
Saturday 07.09.19
2-6 pm

PLUS-ONE Gallery ZUID
Léon Stynenstraat 21
2000 Antwerpen

TENTOONSTELLING LINDA VINCK BIJ KUNST IN HUIS (FILIAAL LEUVEN)






EXPO
LINDA VINCK
A N A B A S I S -  rituals of homecoming

Opening: 7 september (15u - 17u)




A  N  A  B  A  S  I  S  -  rituals of homecoming is de eerste grote tentoonstelling van Linda Vinck sinds haar terugkeer naar België, zeven jaar geleden. De tentoonstelling is een visuele vertolking van het steeds weggaan en opnieuw weer terugkeren en de mentale beweging die daaruit volgt.

Op zaterdag 7 september opent Paul Vandenbroeck de tentoonstelling vanaf 15u in het filiaal in Leuven. Ben je hier graag bij? Geef ons vooraf een seintje via leuven@kunstinhuis.be of wandel de dag zelf het filiaal binnen.

Van 9 t.e.m. 21 september is de tentoonstelling te bezoeken tijdens de openingsuren van Kunst in Huis Leuven.

Filiaal Leuven
Rijschoolstraat 4 - 3000 Leuven

Do - Vrij: 13u - 17.30u
Za: 10u - 16u






maandag 12 augustus 2019

FINISSAGE TENTOONSTELLING FILIP VERVAET IN DE WARANDE (TURNHOUT)




Van harte welkom op de finissage van

FILIP VERVAET


‘Up on the Hill, Down by the River’

De Warande, Turnhout

zaterdag 17/8 tussen 14 en 17u

LINDA VINCK NEEMT DEEL AAN 2 TENTOONSTELLINGEN IN JAPAN