donderdag 24 april 2008

UIT HET KONSEPTARCHIEF: VERSLAG VIERDAAGSE REIS MILAAN 2004

MILAAN (oktober 2004)

Terug van onze korte maar intense Milaanreis. Hoe onvatbaar is de wereld! En hoe goed is dan de concentratie op één enkel aandachtspunt! Wij liepen op de trappen en de hellingen van de ingewikkelde daken van de dom, een complexe doolhof waarvan we weten dat hij toch min of meer symmetrisch en gestructureerd moet zijn. Pilaarheiligen en bouwkranen, dat klikt bij 't kadreren. Of is dat een cliché? Mensen op het plein, duikvlucht in het heden.

In de Pinacoteca Ambrosiana zagen we Da Vinci's Portret van een musicus. Comfortabel te bekijken in tegenstelling tot die fameuze Mona Lisa in het Louvre. De techniek is verbluffend, en ook verscheiden: al naargelang de noodzaak wisselt Da Vinci zijn penseelvoering. Zo'n musicus, beeltenis van een beoefenaar der vrije kunsten, verheven boven het nederige schildersambacht en de vuile alchemie. Ik was echter ook getroffen door een Madonna del Velo van een onbekende Lombardische meester. Kaderbevestigende vensterverhoudingen. Kartons van Rafael voor zijn School van Athene. Geen sporen van perforaties of kwadraatrasters. Een stilleven vol uitsnit van Caravaggio, laag bekeken alsof hij gehurkt voor de tafel zat. Aanleiding tot discussie. Sommigen missen een verhaal, een inhoud.

Ik som maar wat op, als haastig houvast. Opzij, opzij, opzij. De trompe l'oeil van de San Satiro is niet echt aan mij besteed, tijd dus voor de in vriendschap geklonken Lombardische wijn.

Vrijdag. In de Pinacoteca di Brera trof mij een prachtige Madonna en kind van Ambroggio Lorenzetti. Warme gratie. Een starre, nog Byzantijnse wereld die langzaam ontdooit. Ambroggio Lorenzetti was ook de kunstenaar die de eerste landschappen in de westerse kunst schilderde. Het gescalpeerde Pala Montefeltro van Piero della Francesca doet Maria's kuisheid ongewild geweld aan. Maria's verloving door Rafael doet mij nog eens beseffen hoe belangrijk het is de schilderijen in het echt te zien. Sprongen in de tijd. De voeten van da Volpeda's sociaal-realistische boeren stappen met lichte, dynamische stippen het futurisme tegemoet. In de bookshop kan ik het kinderboek Un bambino di nome Giotto niet laten liggen. (Ik vermaak mij vandaag met een poging tot vertalen, het verhaal en de illustraties zijn werkelijk ontroerend mooi.)

Modewijk. De verkopers lijken ons stijlvol geklede maar arrogante buitenwippers. Alhoewel anderen heel andere ervaringen vertellen. Genietbaarder zijn daar in de wijk de doorgangen die aan de prenten van Jan Vredeman de Vries herinneren.

In Fondazione Artistica Poldi Pezzoli was de bewondering voor Piero del Pollaiola's Vrouwenportret echt unaniem. Ook Bellini's Pieta verdiende een close reading, o.a. omwille van zijn verbluffende arcerende techniek. In een vitrine met horloges een zonnewijzer in de vorm van een galjoen: de dobberende tijd de horizonten der verandering tegemoet. Een tapijt vol craquelure pattern-patchwork. Daar halen we de fractalen bij.

Santa Maria delle Grazie: oriëntaals getinte gotiek aangevuld met hoog en helder cirkelende renaissance. Paradigmawijziging. Reisgenoot-organisator Carl Stubbe: 'Het inwendige zien verandert'. Da Vinci's Laatste Avondmaal bleek voor ons niet op het menu te staan. Doeme. De Italianen weten hun patrimonium met mondjesmaat te serveren. Het gemis wordt gecompenseerd met speculatieve Da Vinci Code-verhalen.

Avond. Droge kanalen, vloeiende wijnhuizen.

Zaterdag. San Lorenzo Maggiore. Clusterende centraalbouw. Heterogene archaïsche framenten vormen toch een prachtig geheel. Mozaïekfragmenten. Dertiende-eeuwse fresco's. Sint Helena doet mij met haar statische houding, de witte rechthoek en het rechte kruis onweerstaanbaar aan Malevitsj denken. Het kruis op een ander fresco lijkt dan weer een oefening in ruimtelijke dubbelzinnigheid van El Lissitsky. Proun. Stations op weg naar het nieuwe. Ik en de Russen die toch ook Byzantijnen zijn. En joden. In de crypte ligt het oudste verleden als een stilleven van brokstukken.

Museo della Scienza. Kunst en wetenschap. Da Vinci meet met zand de sterkte van ijzerdraad. Zijn schroef lijkt een constructivistisch theater. Een graafmachine lijkt een lineaire sculptuur van Robert Jacobsen. 'The ease with which he passed between his roles as artist, technologist and natural philosopher remains remarkable even when we remember that these distinctions were by no means as rigid during the renaissance as they are today.' Dat lees ik in Bright Earth: Art and the Invention of Color van Philip Ball (een aanrader!).

Castello Sforzesco. Macht. De indrukwekkende ruimten van de binnenplaatsen en doorgangen zijn in geen beeld te vatten. Het onvatbare willen kadreren. Voor mij -en voor vele reisgenoten- is de zoldering van da Vinci, in de Sala delle Asse, een openbaring. 'A symbolic representation of the Vale of Tempe, a topos of classical literature that provides a picture of a delightful place in wich the conflict between savage nature and grace takes place' lees ik op de bijhorende folder. Vegetatie van heraldiek. Gewelven van Pech-Merle met prehistorische kronkels. Een Keltisch kluwen. Immanuel Kant schoolmeesterend over perken en wildgroei. Pollock en het onbewuste. Zdenek Sykora's computergestuurde lijnschilderijen. Aboriginals. Brice Marden. Prigogine. Symmetrische spagetti. Een stamboom van wildgroei-associaties. Boccioni's sculpturaal stilleven brengt een boeiend gesprek op gang. De gietvormen uit het Museo della Scienza zijn er weer. Ontwikkeling rond een centrum. Het object als belevenis. Fragmentatie. Deconstructie. Tony Cragg op komst. En dan altijd maar die troost van de eenvoud: Morandi.

Laatste weg en weer: Basilca di S. Ambroggio. Atrium. Binnen een prachtige romaanse preekstoel. Mozaïek uit de twaalfde eeuw. Een kruisafname van Gaudenzio Ferrari. Geledingen op de boogvormen herinneren aan Vézelay. En trouwen maar aan de lopende band. En voor de schoonste stem hadden we ook nu geen tijd.

Dirk Verhaegen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten